sioen niet veel uit. Daar kwam verandering in toen Annemarie een nieuwe stap in haar carrière wilde zetten. “Hoewel ik erg leuke collega’s had, begon het werk me steeds meer tegen te staan. Ik vond steeds vaker dat ik in herhalingen viel en zag er geen uitdaging meer in. Ik kreeg sterk het verlangen om iets heel anders te gaan doen.” Sharon Peeters A‘ co ls je naar een is de kans groot dat je ook in een ander pensioenfonds terechtkomt’ mpleet andere branche gaat, 34 • december 2011/januari 2012 Zuiniger leven Het was een langzaam proces, want zo’n mooie baan schuif je niet zomaar opzij. Annemarie kreeg bovendien het aanbod om hoofdredacteur van een nieuw blad te worden. “In plaats van blij, kwam ik met lood in mijn schoenen thuis. Ik had het weekend bedenktijd gevraagd, iets waar ze trouwens heel verbaasd over waren. Ze hadden gedacht dat ik een gat in de lucht zou springen. Maar ik zag er als een berg tegenop.” Na urenlange gesprekken met haar partner besloot Annemarie dat het genoeg was geweest. “Ik was er klaar mee. Ik wilde iets heel anders.” Wat, dat had Annemarie allang bedacht: ze wilde in de zorg werken. “Ik ben jong mijn moeder verloren en ik mis haar nog steeds. Ik wilde dolgraag met ouderen werken. Mensen om me heen verklaarden me compleet voor gek. Je verdient niets in de zorg, was de meest gehoorde opmerking. Dat stoorde me enorm. Het draait toch niet allemaal om geld? Ik had bijna twintig jaar een prachtig salaris gehad, met, gelukkig, een leuke baan. De andere helft van mijn carrière zal ik dan minder verdienen: so be it. Ik moet zuiniger leven, heb een kleinere auto en ik kan bijvoorbeeld minder reizen dan ik deed. Maar ik doe in elk geval opnieuw iets wat ik heel erg leuk vind.” En het pensioen? Als je een carrièremove maakt, heeft dat vrijwel altijd gevolgen voor je pensioen. Onafhankelijk financieel adviseur Sharon Peeters legt uit: “Als je naar een compleet andere branche gaat, is de kans groot dat je ook in een ander pensioenfonds terechtkomt. Elk pensioenfonds heeft doorgaans weer andere uitgangspunten. Globaal gezien zijn er twee mogelijkheden: je kiest voor een waardeoverdracht en laat het opgespaarde pensioen onderbrengen bij het nieuwe pensioenfonds of je laat je pensioen staan en bouwt een volgend pensioen op bij het nieuwe fonds. Welke keuze het beste is, kun je beoordelen door een offerte aan te vragen bij je nieuwe pensioenuitvoerder en deze te vergelijken met de opgave van het huidige pensioenfonds. Dit moet je binnen zes maanden doen. Als je het geld bij het oude fonds laat staan, houd je bij je oude pensioenfonds een pensioenaanspraak: je krijgt het daar opgebouwde pensioen vanaf je vijfenzestigste uitgekeerd. Maar als zo’n pensioen niet meegroeit met de loon- en prijsontwikkeling in Nederland, kun je te maken krijgen met pensioenverlies. Wat ook meespeelt is de manier waarop het pensioenfonds het geld beheert. Gaat dit op basis van beleggingen, dan kan de waarde van het kapitaal veranderen. Positief, maar ook negatief. Als je kiest voor waardeoverdracht, kan ook de hoogte van een eventueel partnerpensioen veranderen. Er spelen dus heel veel aspecten een rol. Soms is overhevelen een betere keuze, maar soms is het juist aantrekkelijker om je pensioen bij je vorige beheerder te laten en een tweede pensioen op te bouwen bij het nieuwe pensioenfonds. Het is dus belangrijk om altijd een offerte aan te vragen en goed de voorwaarden te lezen, en dan te kijken wat het beste uitpakt.” Het roer om!
Pagina 31Heeft u een spaarprogramma, page flip of e-weekbladen? Gebruik Online Touch: rapport online uitgeven.
Persoonlijke ontwikkeling Lees publicatie 10Home