Blijven of emigreren?

Kleiner Wat invloed heeft op het emigratiecijfer is ‘de verkleining van de wereld’, zoals Bey het noemt. “Jongeren studeren of lopen steeds vaker stage in het buitenland, ze worden verliefd en blijven. Daarbij maken we kennis met andere culturen tijdens vakanties. De stap om te emigreren wordt daardoor steeds kleiner. En wie zich in de Europese Gemeenschap vestigt, blijft een papierwinkel bespaard.” Er is nog een andere trend die Bey op zijn beurs ziet. “Landen zijn ook actiever op zoek naar nieuwe inwoners.” Er zijn de landen die altijd al populair zijn: Duitsland, België, Frankrijk en Spanje kampen met dunbevolkte gebieden en/of vergrijzing. “In Duitsland gaat 20 procent van de beroepsbevolking binnen drie jaar met pensioen.” Bey ziet dat naast dit populaire rijtje andere landen in opkomst zijn. “Ook Scandinavië heeft te weinig mensen; ze komen hier hengelen naar IT’ers, dierenartsen, noem maar op.” Net als nieuweling Polen die zich in de kijker van emigratiegrage Nederlanders werpt. Volgens Bey niet alleen met agrarische bedrijven maar bijvoorbeeld ook met de Poolse Capgemini. “Ze zoeken hier geschoold personeel, IT’ers en accountants, toch iets anders dan schilders.” Dat levert wel gefronste wenkbrauwen op. “Komt Polen in Nederland mensen halen, lachten bezoekers. “Het was toch andersom!” ‘Komt Polen in Nederland mensen halen, lachten bezoekers. Het was toch andersom!’ Gissen Naast de ‘doorzetters’ is er nog een andere groep die voor het buitenland kiest: de arbeidsmigranten. In de afgelopen tien jaar steeg het aantal mensen dat over de grens werkte wereldwijd met een kwart. En uit onderzoek van PricewaterhouseCoopers (PWC) zal dit de komende tien jaar stijgen met 50 procent. In 1998 werden ondernemers naar gemiddeld dertien locaties gezonden door ondernemingen. In 2009 waren dit 22 locaties en het aantal stijgt naar 33 in 2020. PWC kwam tot deze conclusie door de werknemersbewegingen van 990 ondernemingen onder de loep te nemen en deze samen te voegen met populatiedata en meningen van CEO´s. Maar of het aantal Nederlandse arbeidsmigranten met het wereldwijde aantal stijgt, blijft een beetje gissen. “Het is een andere groep mensen dan de ‘doorzetters’ die we op de Emigratiebeurs vinden,” zegt Bey. “Doorzetters willen een ander leven. Dat ze er misschien (financieel) op achteruit gaan, nemen ze op de koop toe.” Heimwee NiDi kwam ook tot andere conclusies dan PWC als het over de carrièrekansen in het buitenland gaat. Bijna de helft ziet namelijk geen voordeel in een buitenlandervaring, blijkt uit emigratieonderzoek uit 2007. En hoewel financieel profijt niet per se een rol van betekenis is in de overwegingen om te werken in het buitenland, denkt slechts acht procent van de werknemers dat je over de grens meer verdient dan in Nederland. Daarbij denkt bijna de helft dat zij met hun beroep een zeer kleine kans hebben een baan te vinden over de grens. Verder speelt de partner een rol. Als die niets ziet in een buitenlandavontuur is deze optie praktisch uitgesloten. En mensen die trots zijn op Nederland zullen uiteindelijk ook niet snel vertrekken, omdat ze eerder heimwee krijgen. Zo’n 63% vindt Nederland ‘een land om trots op te zijn’. Wie wel een professioneel buitenlandavontuur aangaat doet dit het liefst binnen Europa. In 55% van de gevallen wordt een Europees land aangegeven als plaats van bestemming. Een kwart van de potentiële arbeidsmigranten vertrekt naar de traditionele emigratielanden: Australië, Verenigde Staten, Canada en Nieuw Zeeland. Volgens PWC komen wereldwijd Lahore (Pakistan), Shenzen (China) en Chennai (India) op de proppen als nieuwkomers in de lijst van 30 populairste werkbestemmingen. De verwachting is dat in 2025 Londen (Verenigd Koninkrijk) en Lima (Peru) in de top staan van die lijst. Buitenlandervaring Arbeidsmigranten hebben wellicht andere beweegredenen. Om erachter te komen hoeveel Nederlanders uiteindelijk over de grens gaan werken, wordt de bereidheid om in het buitenland te werken gemeten. Uit eerder onderzoek van PWC onder 4200 afgestudeerden bleek dat 80 procent graag een buitenlandervaring opdoet. De generatie Y zou dit als onderdeel van de persoonlijke ontwikkeling zien. Onderzoek van het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NiDi) concludeert echter dat er nogal een verschil in de bereidheid om te vertrekken en het werkelijke gaan zit. Onder jongeren is 56% bereid tijdelijk voor werk naar het buitenland te vertrekken, maar slechts 22 procent denkt dat het er echt van komt. Weinig ouderen zien heil in een buitenlandervaring. 18% Van de mensen tussen de 55 en 64 jaar is bereid over de grens te werken. 32 • April/mei 2011 Blijven of emigreren?

Blijven of emigreren?

Voor nieuwsbrieven, online PDF's en onderwijs magazines zie het Online Touch online publisher CMS systeem. Met de mogelijkheid voor een online shop in uw PDF-en.

Plannen voor de toekomst Lees publicatie 10Home


You need flash player to view this online publication